Evaluatierapport Vlaamse begroting: Vlaamse regering kan meer doen om sectoren te ondersteunen die lijden onder de inflatie
Vandaag publiceerde de sociaal-economische raad van Vlaanderen (Serv) haar jaarlijkse evaluatierapport over de lopende begroting van de Vlaamse Overheid. Daarin bevestigen de sociale partners hun oproep om gerichte ondersteuning te bieden aan sectoren die uitzonderlijk zwaar getroffen zijn door de huidige inflatieopstoten (krachtlijn 6 van het rapport). Ook al is de inflatie gedaald tegenover de piek in de tweede helft van 2022, zo leest het rapport, toch blijft ze ook vandaag historisch hoog.
Verso en haar federaties (waaronder SOM), vestigen hierbij opnieuw de aandacht op de niet-indexering van de werkingsmiddelen in het merendeel van de social-profitsectoren. Ondanks enkele financiële meevallers en na herhaalde vragen en opmerkingen vanuit de sectoren weigert de Vlaamse regering de werkingsmiddelen te laten meegroeien met de gestegen levensduurte. Dit betekent een serieuze aderlating voor sociale ondernemingen die – zoals iedereen – geconfronteerd worden met heel wat stijgende kosten.
Hoewel de lonen in de social profit wel automatisch geïndexeerd worden, is dit niet het geval voor de werkingsmiddelen die sociale ondernemingen gebruiken om hun vaste kosten te betalen. Deze gederfde inkomsten zijn niet te onderschatten. Enkele voorbeelden:
- Het gecumuleerd verlies voor de sector gezinszorg door de niet-indexering van de werkingsmiddelen bedraagt 4,6 miljoen euro per jaar.
- Zonder besparing zou de totale subsidiëring in de sector jeugdhulp voor het jaar 2022 ruim 20 miljoen euro hoger liggen.
- Voor de sector kinderopvang gaat het om bijna 40 miljoen euro per jaar.
- Voor de sector ondersteuning van personen met een handicap zelfs ruim 100 miljoen euro per jaar.
Financiële meevallers
Nochtans volgen de ontvangsten van Vlaamse overheid wel bijna volledig de inflatie. De Bijzondere Financieringswet voorziet immers dat de middelen die het federale niveau overdraagt naar de deelstaten integraal aan de inflatie aangepast worden. Ook de ontvangsten uit de brutoopcentiemen en de meeste gewestbelastingen evolueren in hoge mate mee met de inflatie. De Vlaamse regering kiest er echter slechts ten dele voor om deze financiële meevallers te gebruiken om het Vlaamse maatschappelijk weefsel overeind houden en geeft de voorkeur aan een versnelde afbouw van haar schulden.
Indexeringsstop al sinds 2010
De niet-indexering van werkingsmiddelen is een stille besparing die ingevoerd werd door de Vlaamse regering in 2010 en in de praktijk ook doorloopt voor de periode 2019-2024. Het betekent een besparing op uitgaven voor de werking van gezinszorg, kinderopvang, jeugdhulp, ondersteuning van personen met een handicap, geestelijke gezondheidszorg, revalidatieziekenhuizen, et cetera. Concreet kan je stellen dat elke 100 euro aan werkingsmiddelen in 2009, bij normale indexering en zonder extra besparingen intussen bijna 132 euro zou zijn, maar die 100 euro vandaag – naargelang de sector – nog slechts 90 à 95 euro bedraagt.
Word lid van SOM
- Vertegenwoordiging door een erkende werkgeversorganisatie
- Consulteer gratis onze helpdesk
- Geniet van advies en ondersteuning op maat
- Zet mee in op sociaal ondernemerschap